Rond 1860 opende herenboer en plantkundige Jan Hupperetz in het Zuid-Limburgse Gulpen een apotheek. Drie van zijn zonen werden ook apotheker. In Gulpen, Den Haag en Weert. De apotheek is vervolgens meer dan 150 jaar van vader op zoon overgegaan. In Weert is Julian Hupperetz (42) de vijfde generatie tussen pillen, poeders, injecties en … placebo’s.

In 1898 begon Eugène Hupperetz -de tweede generatie- in de Hoogstraat in Weert in het pand waar momenteel woninginrichter Berntsen gevestigd is. Er prijkte een enorm bord ‘Apotheek’ op de gevel. “Dat zou niet meer door de welstandcommissie komen”, lacht Julian, die tien jaar geleden de praktijk van zijn vader Jules overnam. In 1907 verhuisde de praktijk naar het huidige pand in de Hoogstraat.

De overgrootvader van Julian, Eugene Hupperetz was naast apotheker dertig jaar wethouder en locoburgemeester in Weert. “Tegenwoordig kun je door de drukte als apotheker steeds minder sociaal-maatschappelijke taken naast je werk doen. Ik ben bestuurlijk betrokken bij de automatisering
in de gezondheidszorg, maar honderd jaar geleden was de apotheker in zijn gemeente ook verantwoordelijk voor gezond drinkwater en bacterieonderzoek. Omdat Eugène Hupperetz ook wethouder van onderwijs was, was hij ook medeoprichter van de Ambachtsschool.” Jules Hupperetz herinnert zich dat men hem in de jaren zeventig nog aanspraken over zijn grootvader. “Hij kwam in de klas kijken of er ook goed gewerkt werd.”


Zelf bereiden

Zijn vader -Jules sr.- was maatschappelijk zeer actief en o.a. landelijk voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering van de Pharmacie (KNMP). Hij kreeg na de Tweede Wereldoorlog van de minister vrijstelling om een nieuwe apothekeninfrastructuur in Nederland op te bouwen. Jules jr. was jarenlang hoofdbestuurslid van de KNMP, dertig jaar bestuurslid van de bibliotheek en veertien jaar lid van het kerkbestuur. Hij leidde het bedrijf zo’n 45 jaar en stond bekend als de apotheker van de eigen bereidingen. “Ik stond nog de hele dag met de witte jas aan recepten te bereiden. Dat was het unieke en een groot deel van het vak. Nu wordt bijna alles machinaal bereid en de overheid wil dat zelfs nog opvoeren.”

Big data naar persoonlijk advies
“Door de automatisering zijn veel gegevens over patiënten vastgelegd, een taak van de huidige apotheker is het analyseren van deze big data”, vervolgt Julian Hupperetz. “Mensen komen met steeds meer informatie naar de apotheek. Het internet bevat oneindig veel informatie over medicatie, maar vaak belanden mensen op een verkeerd spoor. De valkuil is dat iedere persoon anders is, met een eigen profiel. Maar geneesmiddelen worden getest voor grote groepen personen. Het terugkoppelen van big data op de specifieke persoon is een deel van ons vak geworden. We maken medicatie op maat. Niet dat ik zelf pillen vervaardig, maar ik kijk wel wat voor iemand persoonlijk het beste is. Op basis daarvan kunnen we patiënten proactief benaderen en toegevoegde waarde bieden.”

Een andere grote verandering ten opzichte van de vier generaties voor hem is dat patiënten veel mondiger en kritischer zijn geworden. “Men durft meer te vragen. Dat is goed, maar het kan ook tot moeilijke situaties aan de balie leiden. Als overheid of zorgverzekeraar hun beleid veranderen, moeten wij dat aan de patiënten uitleggen. Dat is niet altijd gemakkelijk en is eigenlijk ook niet onze taak. Maar we zijn wel degene met wie de patiënt contact heeft. Zeventig jaar geleden leverde een apotheker vijf recepten per dag af, nu doen we er 500 per dag. We worden geacht efficiënt te werken tegen lage kosten.”

Julian Hupperetz
• Gehuwd met (apotheker) Karin Boink. Samen hebben zij twee kinderen Lucas (2010) en Stijn (2011). Julian is de vijfde generatie stadsapotheker in Weert. De apotheek werd in 1898 gevestigd in de Hoogstraat. Julian (Jules) studeerde af in 1998 aan de Universiteit van Utrecht (Farmacie) en in sinds 2001 werkzaam in apotheek die hij inmiddels heeft overgenomen. Julian was lid en voorzitter van de Ronde Tafel in Weert en heeft daar o.a. jarenlang zeer succesvol het fundraising gala mee georganiseerd.
• Zijn levensmotto ‘Herinner de leuke dingen
dubbel’.

Rode bittere capsules
In de jaren tachtig deed automatisering op brede schaal haar intrede in de apotheken. Jules Hupperetz beschikte eind jaren zeventig al over een computer. “Een bakbeest waar een ruimte mee volstond. Dat was het begin van medicatiebewaking nieuwe stijl”, vertelt Julian, die soms nog wel eens een handgeschreven huisartsrecept terugvindt. “Soms werd een recept expres in een heel moeilijk handschrift geschreven, zodat de patiënt geen idee had van wat er stond. Capsules rubochin, letterlijk ‘bittere rode capsules’. Placebo’s dus. Die had je in rood, wit en groen. Blijkbaar zat het in het hoofd van mensen dat hoe viezer de pil smaakte, hoe beter de werking was”, grinnikt hij. “Dat gebeurt tegenwoordig gelukkig niet meer.” En hij knipoogt. Ook de komst van de anticonceptiepil in de jaren zestig valt onder de noemer historische romantiek. “Ze lagen in een apart laatje waar alleen de apotheker toegang tot had. Later ook de oudste assistente. Maar er waren apothekers die de pil weigerden te verstrekken, zeker in meer christelijke delen van het land”, aldus Jules Hupperetz.

_DSC4012Onderhandelen
In de huidige tijd is het vak minder romantisch. De zorgverzekeraar verstrekt enkel jaarcontracten. De ondernemershorizon van Julian Hupperetz is beperkt. “CZ is in deze regio dominant, maar ik kan me niet voorstellen dat CZ het contract zo maar zou beëindigen. De onderhandelingen doe ik zelf niet meer. Dat doet de zorgmakelaar waarbij ik aangesloten ben.”

Jules Hupperetz onderhandelde nog zelf met de zorgverzekeraars. “Je kende de directeuren van CZ en VGZ persoonlijk”, vertelt hij. “Je kon nog met ze praten. Nu krijg je niemand meer te pakken.”

Ondanks de franchiseformule is Hupperetz nog steeds een authentiek familiebedrijf, waarbij de aandelen voor 100% in de familie zijn. “De bedrijfsvoering is een stuk lastiger geworden”, verklaart Julian. “De financiering is moeilijker. Het zijn voor apothekers niet meer de tijden van weleer.” Wat wel gebleven is, zijn de vele positieve contacten met generaties Weertenaren die decennialang trouwe klant zijn. “Er is weinig verloop.”

Jules Hupperetz loopt nog bijna iedere dag even binnen en verricht wat administratieve taken. “Het mag, maar moet niet. Met het farmaceutische deel bemoei ik me niet meer.” Een groot deel van de 26 assistentes heeft hij nog opgeleid. Julian: “Negen assistentes zijn al langer dan 25 jaar in dienst. Die kennen mij nog als kind.”