Er bestaan helaas nogal wat misvattingen over de agrarische sector. Om daar verandering in te brengen, geven de Weerter boeren een kijkje achter hun staldeuren. Digitaal en fysiek. Met het nieuwe initiatief Boeren van Weert hopen ze tegenstellingen te overbruggen. Meer begrip van de burgers moet ervoor zorgen dat ze met respect voor de omgeving en natuur kunnen blijven ondernemen. Dat is niet alleen in hun eigen belang, maar ook in dat van de consument en de regionale economie.

Door Wesley Hegge

Honderden geiten lopen vrij in de lange stal. Wat meteen opvalt, is dat de dieren veel leefruimte hebben. De stal is bovendien erg licht en het ruikt er ondanks de vele dieren niet onaangenaam.

Veranderingen
Het bestuur van stichting Boeren van Weert komt samen in een kantoorruimte grenzend aan de geitenstal. Met hun nieuwe initiatief willen ze laten zien wat er achter de staldeuren gebeurt. Zoals bij het melkgeitenbedrijf van Giedo Indenkleef in Altweerterheide. ‘Dit is wat men in de volksmond een megastal noemt’, zegt Indenkleef. ‘In het algemeen hebben mensen daar vaak het beeld bij van veel te veel dieren per vierkante meter. Zoals je ziet, hebben de geiten hier juist veel ruimte. De burger ziet dat van de buitenkant niet.’

Het initiatief is nodig omdat er in de afgelopen tien tot twintig jaar veel is veranderd, zo stelt Thijs van Meijl. ‘De stad en het platteland zijn steeds meer uit elkaar gegroeid. Er zijn vergeleken met vroeger minder boeren en daardoor zitten er ook minder kinderen uit boerengezinnen op scholen. Dat is een belangrijke reden waarom er afstand is ontstaan tussen boeren en burgers. Er is minder contact.’

De boerenbedrijven zijn ook steeds grotere ondernemingen geworden. Van Meijl: ‘De schaalvergroting is noodzakelijk om te kunnen blijven ondernemen. Uiteindelijk gaat het erom dat we rendabel zijn. Maar we proberen nog altijd zo goed mogelijk in harmonie met de natuur en het milieu te ondernemen. We willen laten zien hoe we dat doen. Er bestaan namelijk veel misverstanden. Dat komt soms voort uit onwetendheid omdat het contact verloren is gegaan, maar ook doordat organisaties expres een verkeerd beeld van de sector proberen neer te zetten.’

Beeldvorming
Indenkleef geeft een extreem voorbeeld. ‘Er worden door bepaalde organisaties beelden verspreid van kippen in kooien. In die zogeheten legbatterijen leven de kippen op draadgaas. De kale legbatterijkooien zijn echter al sinds 2012 verboden en het is nog veel langer verboden om deze te bouwen. Via social media worden hiervan bewust oude foto’s verspreid, de impact van dit vertekende beeld is gigantisch.’

Tekst gaat verder onder de foto.

De bestuursleden steken ook de hand in eigen boezem. Van Meijl: ‘Onze ouders zijn van de generatie: wij lopen niet te koop met wat we doen. Ze deden hun dagelijkse werk en klaar. Dat heeft verkeerd uitgepakt, omdat de agrarische sector geen tegengeluid heeft laten horen. Als nieuwe generatie boeren zijn we opgegroeid met social media en gewend om informatie te delen. Dat organisaties zoveel slechts over ons kunnen vertellen is een probleem dat ontstaan is doordat we ons niet hebben opengesteld. Dat is dus precies wat we moeten gaan doen.’

Campagne
Maatschappelijke issues staan centraal in boerenland. Boeren van Weert gaat een digitale en fysieke campagne voeren om te laten zien hoe de agrariërs omgaan met bepaalde thema’s, zoals biologisch ondernemen en het verminderen van uitstoot. ‘Het draait allemaal om het verbeteren van de communicatie’, zo legt Heidi van der Pol uit. ‘Op onze website stellen de leden zich voor. Dat zijn er nu zo’n 25, ze komen uit verschillende deelsectoren; van akkerbouwers tot schapenhouders, maar er zit ook een zorgboerderij bij. Bezoekers van de site krijgen digitaal een beeld van wat er zich achter de staldeuren afspeelt. We willen de dialoog aangaan en daarom, zodra dat weer kan, mensen uitnodigen op onze bedrijven. Denk ook aan discussieavonden. Het doel is om de verbinding tussen boer en burger te herstellen en meer draagvlak te creëren voor wat wij doen.’

Dat draagvlak is nodig zodat de boeren kunnen blijven ondernemen. Boeren hebben te maken met steeds meer wetten en regels. Ze staan voor grote uitdagingen. Sander Saes is pas 25 jaar oud en maakt zich zorgen over de toekomst. ‘Er is nu een tendens waarbij men terug wil naar kleinschaligheid. Maar we moeten in bepaalde aantallen produceren, omdat het anders niet rendabel is. Bovendien stelt de grotere omvang ons in staat om investeringen te doen die ten goede komen aan de dieren, mens en milieu. Denk aan investeringen in luchtwassers om de uitstoot van stoffen te verminderen. Een stal met honderd varkens zonder luchtwasser is slechter dan een stal met tienduizend varkens met luchtwasser.’

Biologisch ondernemen heeft veel aandacht in de sector. Ook daarover moet een realistisch beeld worden neergezet, vinden de boeren. Indenkleef: ‘Volledige kringlooplandbouw met slechts enkele tientallen dieren is simpelweg niet rendabel. Waar mogelijk zetten we biologische middelen in. Is het je bijvoorbeeld al opgevallen dat er in de stal geen enkele vlieg rondvliegt? Dat lukt door sluipwespen in te zetten.’

De boeren willen met de campagne ruimte krijgen om te kunnen blijven ondernemen. Dat is niet alleen in het belang van de Weerter boeren, maar ook voor in dat van de consument en de regionale economie. Het aandeel in de regionale economie is zo’n twintig procent en de agrarische sector speelt daarmee een voorname rol in relatie tot werkgelegenheid, economie en leefbaarheid. Saes: ‘We staan aan het begin van de voedselketen. We produceren voor een groeiende wereldbevolking, maar verkopen onze producten ook steeds vaker direct aan de mensen. Denk aan eierautomaten.’

De campagne wordt binnenkort afgetrapt. Van der Pol en de anderen hebben er hoge verwachtingen van. ‘We willen laten zien wie we zijn, wat het inhoudt om een moderne boer te zijn en hoe we in harmonie met de natuur en burgers ondernemen.’