Het slaan van munten is een bijzonder aspect van het staatssecretariaat van Financiën, de enige aandeelhouder van de Koninklijke Nederlandse Munt. “Een vrolijke noot in het geheel”, noemt oud-staatssecretaris Frans Weekers het. Hij was persoonlijk verantwoordelijk voor de keuze van de beeltenis van koning Willem-Alexander op onze euromunten naar ontwerp van Erwin Olaf. Zolang Willem-Alexander regeert, zit Frans Weekers’ keuze in onze portemonnee.
De staatssecretaris is niet alleen verantwoordelijk voor de Nederlandse zijde van de euromunten als wettig betaalmiddel, maar ook voor bijzondere munten. “Jan-Kees de Jager nam de portefeuille mee toen hij minister werd. Dat was heel ongebruikelijk. Onder Dijsselbloem heb ik die portefeuille weer teruggehaald”, vertelt Weekers thuis in Weert. “Hij vond het prima.”
Weekers’ eerste daad was het Grachtengordel Vijfje, een speciale herdenkingsmunt, geslagen toen de Amsterdamse grachtengordel opgenomen werd in het Unesco Werelderfgoed. De serie bevat ook munten van het Rietveld Schröderhuis en Kinderdijk. Het Rijk slaat een paar keer per jaar speciale herdenkingsmunten. De staatssecretaris van Financiën bepaalt de thema’s. Rondom die thema’s wordt een prijsvraag uitgezet waarop een tiental ontwerpen binnenkomen. De muntadviescommissie adviseert de staatssecretaris welke ontwerpen worden voorgedragen. Het is aan de staatssecretaris om dat advies te volgen of niet. “De ontwerpen worden vervolgens in een van de grote vergaderzalen op het ministerie uitgestald”, licht Weekers toe. “Daar word je bijgepraat over alle ontwerpen en krijg je een voordracht van de commissie mee. Vaak wordt van de beste drie ontwerpen een proefmunt gemaakt.”
Soms vond hij bij bepaalde munten geen enkel ontwerp geschikt voor een daadwerkelijke munt, omdat het ontwerp te ingewikkeld en onpraktisch was. “Een ontwerp moet wel herkenbaar blijven in je portemonnee. Bovendien zijn er voorwaarden aan een munt gesteld, zoals de beeltenis van het staatshoofd.”
Dubbelportret
Op 28 januari 2013 maakte koningin Beatrix bekend dat ze afstand zou doen van de troon. Dezelfde avond had Frans Weekers de muntmeester aan de lijn. Het zou een mooi idee zijn om bij gelegenheid van deze aankondiging een bijzondere munt uit te brengen. “Geen herdenkingsmunt waar je in de regel niet mee betaalt, maar een bijzondere 2-euro munt als wettig betaalmiddel. Daar moet je toestemming voor krijgen van de Eurozone. Eens in de zoveel jaar mag zelfs je een grotere oplage maken. Ik wilde graag dat iedere Nederlander deze munt kon hebben en hebben 20 miljoen 2-euromunten in circulatie gebracht waarop Beatrix voorop stond en Willem-Alexander erachter.”
In een later stadium werd op verzoek van het hof een tweede dubbelportret geslagen, nu met Willem-Alexander voorop en Beatrix erachter. De munt werd in een lagere oplage uitgebracht toen Willem-Alexander koning was. Ook voor de troonswisseling werd een speciale herdenkingsmunt geslagen. Premier Mark Rutte sloeg hiervan samen met Weekers het eerste exemplaar. “We lieten er een oude slingerpers van de Koninklijke Nederlandse Munt uit Utrecht voor naar het Ministerie van Financiën in Den Haag komen.”
Nieuwe beeltenis
Bij het aantreden van een nieuw staatshoofd moet er natuurlijk ook een nieuwe munt komen. Normaal gesproken wordt er onder diens regering maar één keer een ontwerp gemaakt. Zolang Willem-Alexander aanblijft, houden we dus de euromunten op zak die Frans Weekers uitgekozen heeft. “Ook deze keer legde de muntadviescommissie diverse ontwerpen en proefdrukken voor. Normaal gesproken volgt de staatssecretaris een unaniem advies op. Maar de commissie was zeer verdeeld. Er was zelfs geen meerderheidsadvies. Dus hanteerde ik het voorrecht om zelf een keuze te maken.” Het werd geen pennenstreek, maar een weloverwogen keuze: Weekers haalde er zijn secretaresses bij en zelfs zijn minister werd na het ministersberaad geraadpleegd. Uiteindelijk koos de staatssecretaris voor het ontwerp van Erwin Olaf. “Een prachtig eigentijds ontwerp. Ik vond het een voorrecht om die keuze te mogen maken. Je praat namelijk wel over het ultieme symbool van vertrouwen in de Nederlandse economie wereldwijd.”
Een week voordat Weekers als staatssecretaris aftrad, zette de koning bij de Koninklijke Nederlandse Munt alle acht persen voor de verschillende munten in werking. “Bij mijn afscheid kreeg ik nog een rondleiding van de muntmeester. Hij gaf me een muntstempel van mezelf cadeau.” En grinnikend: “Als we dus in Weert de revolutie uitroepen, dan hebben we al een beeltenis voor onze eigen munt.”