Foto: Jan-Paul Kuit

Met het Centrum voor Innovatief Vakmanschap Maakindustrie komt een uniek mbo-onderwijsprogramma van de grond. Gilde Opleidingen gaat studenten opleiden bij hun toekomstige werkgevers. Hiervoor wordt in totaal vier miljoen euro uitgetrokken. Ondernemend Venlo heeft hoge verwachtingen. Het is een belangrijke stap om de concurrentiekracht te versterken en in de vraag naar goed gekwalificeerd personeel te voorzien.

Tekst: Wesley Hegge

Achter de schermen is jarenlang keihard gewerkt aan het Centrum voor Innovatief Vakmanschap Maakindustrie (CIVM). Dat begon met het aanpakken van de versnippering. “Niet alleen tussen bedrijfsleven, onderwijs en overheid, maar ook binnen de afzonderlijke sectoren”, zegt Peter Kerstjens, directeur van Addit, een internationaal actieve toeleverancier die zich toelegt op de ontwikkeling, productie en verkoop van precisie plaatwerkdelen en daaruit samengestelde modules, machines en apparaten. “De versnippering neemt gelukkig af. Het is goed om te zien dat wij binnen de triple helix van ondernemers, onderwijs en overheid projecten uitvoeren ter bevordering van de instroom en doorstroming van leerlingen in het technisch onderwijs.”

Cross-sectoraal overleg
In zijn nevenfunctie binnen Ondernemend Venlo (O.V.) als voorzitter van de commissie Kennis, Onderwijs en Arbeidsmarkt probeert hij een bijdrage te leveren aan meer samenwerking. De commissie bestaat uit leden van O.V., bestuurders van onderwijsinstellingen, gemeente Venlo, het UVW en WerkgeversServicepunt Noord-Limburg (WSP). “We komen een paar keer per jaar samen om ontwikkelingen te bespreken. Dit cross-sectorale overleg is nodig om als regio vooruit te komen. De maakindustrie speelt daarbij een grote rol. De bedrijven zorgen voor veel werkgelegenheid en jagen andere sectoren aan. Maar liefst zeven bedrijven in Venlo behoren tot de top-25 maak-bedrijven van Nederland.”

Toch weten veel studenten niet hoe hoogstaand de maakindustrie is. Om daar verandering in te brengen, worden verschillende initiatieven ontplooid. Zo wordt, op initiatief van de gemeente Venlo en O.V., in samenwerking met Fontys eind dit jaar een app gelanceerd. In de app vinden studenten een overzicht van de stageplekken, afstudeertrajecten en vakantiebanen. Op die manier maken ze kennis met de vele innovatieve en technisch hoogstaande bedrijven. Het is de bedoeling de app uit te breiden naar mbo- en universitaire opleidingen.

Maakindustrie
Op die manier komen bedrijfsleven en onderwijs steeds dichter bij elkaar. Nergens is de afstand met de scholen zo groot als in de maakindustrie. “Dat is logisch, want de technologische ontwikkelingen in de maakindustrie gaan zo snel dat zelfs bedrijven moeite hebben die bij te houden. Laat staan dat het onderwijs daartoe in staat is. Dat kun je ook niet verwachten. Bovendien is de technische maakindustrie enorm breed. Denk alleen al aan plaatwerk, verspaning, extrusie technologie en kunststoftechnologie. Het is onmogelijk al die deeltechnologieën in een onderwijs-instituut onder te brengen.”

De snelle ontwikkelingen en veelzijdigheid van de maakindustrie leiden ertoe dat de mbo-opleidingen niet goed aansluiten op de toekomstige werkomgeving. “We zijn gaan nadenken en hebben het omgedraaid: wat als we de studenten naar de bedrijven laten gaan? Toen is vanuit Gilde Opleidingen het initiatief ontstaan om tot het CIVM te komen.”

Baanbrekend
Om het CIVM mogelijk te maken zijn Gilde Opleidingen, Fontys Hogescholen, elf maakbedrijven en de provincie Limburg een publiek-private samenwerking gestart. De samenwerking mag rekenen op een bijdrage van 875.000 euro vanuit het Regionaal Investeringsfonds MBO. Provincie, onderwijsinstellingen en het deel-nemend bedrijfsleven dragen samen nog eens ruim drie miljoen euro bij, waarmee in totaal vier miljoen euro beschikbaar is gesteld. Dit is een eenmalige bijdrage voor een periode van vier jaar, waarna het CIVM op eigen benen moet kunnen staan.

Het CIVM in Noord- en Midden-Limburg is om verschillende redenen uniek. “De andere centra in Nederland zijn gericht op het opleiden binnen het centrum. Wij gaan de studenten opleiden in de bedrijven. Er komt weliswaar een centrale plek waar generieke vakken gegeven worden, maar de rest van de tijd gaan studenten vakken volgen bij bedrijven. Want die hebben de technologieën, machines en vakkennis in huis. Als het CIVM over twee jaar op volle toeren draait krijgt een leerling in een week bij drie verschillende bedrijven les. Hij of zij leert bij bijvoorbeeld hier bij Addit over lastechnologie, gaat een dag later naar Océ om zich in lean assembly te verdiepen en is de dag daarna bij Mifa Aluminium met robotica en verspaning bezig.”

Opleiden
Omdat de bedrijven geen opleidingsinstituten zijn, hebben ze het onderwijs nodig voor de didactische vaardigheden. Het eerste jaar is gericht op het opzetten van onderwijsmodules. “We gaan in de daarop volgende jaren meer modules uitbrengen. Wat het CIVM ook uniek maakt, is dat niet alleen mbo-studenten deelnemen. Statushouders en lang-durig werklozen krijgen de mogelijkheid op een laagdrempelige manier in te stromen. Hiervoor zijn contacten gelegd met het WerkgeversServicepunt (WSP) en het Uitvoeringsinstituut Werknemers-verzekering (UWV).”

Het mes snijdt aan verschillende kanten. Bedrijven willen dat hun medewerkers zich blijven ontwikkelen. “De eigen opleidingsactiviteiten kunnen aansluiten op de modules van het CIVM. Een ander voordeel is dat docenten van de onderwijsinstellingen de technologische ontwikkelingen veel beter meekrijgen waardoor hun kennis vergroot wordt.”

Concurrentiekracht vergroten
O.V. heeft hoge verwachtingen van de baanbrekende, hybride onderwijsvorm. “De cijfers wijzen uit dat de komende vijf tot tien jaar circa duizend vacatures ingevuld moeten worden. Daarin moet dit mede voorzien. Met het CIVM gaan we de maakindustrie in Noord- en Midden-Limburg een boost geven. Met als uiteindelijke doel om de concurrentiekracht te versterken. Als we tot de wereldtop willen blijven horen, moeten we voortdurend blijven vernieuwen. Daarin speelt onderwijs een enorm belangrijke rol.”

www.ondernemendvenlo.nl/commissies-kennis-onderwijs-arbeidsmarkt