In navolging van de grootschalige overstromingen die delen van Duitsland, België en Nederland troffen in 2021, wordt vandaag de Benelux-Waterdag georganiseerd in Maastricht. De conferentie, georganiseerd onder Nederlands Voorzitterschap van de Benelux, brengt regionale belanghebbenden, wetenschappers en beleidsmakers samen om gezamenlijk de uitdagingen met betrekking tot regionale waterlopen aan te pakken. Ook de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen is vertegenwoordigd.
De centrale focus van de Benelux-Waterdag was het leggen van fundamenten voor een coherent en gemeenschappelijk uitvoerend beleid met betrekking tot regionale watersystemen. Er zijn kansen om de samenwerking op dit gebied te versterken door meer samenhang te creëren en een structurele aanpak te bevorderen.
Tijdens de conferentie werd benadrukt dat water, in de vorm van overvloed of tekort, een frequenter en intenser terugkerend probleem vormt. Het belang van water strekt zich uit over diverse sectoren, waaronder landbouw, energie en transport. De recente overstromingen dienen als een urgente herinnering aan de noodzaak van een gecoördineerde aanpak op regionaal niveau.
De Benelux Waterdag markeerde ook de officiële start van het grensoverschrijdende kennisprogramma JCAR-ATRACE. Dit programma is opgericht op initiatief van het Nederlandse kennisinstuut Deltares. Het programma faciliteert wetenschappelijk onderzoek naar het beheer van overstromings- en droogterisico’s in regionale stroomgebieden door de gemeenschappelijke kennisbasis te verstevigen en beschikbaar te stellen. Verschillende universiteiten uit onder andere België, Luxemburg en Duitsland zijn hierbij aangesloten.
Het Secretariaat-Generaal van de Benelux, bij monde van secretaris-generaal Frans Weekers, nodigde de deelnemers uit om hun behoeften kenbaar te maken voor gestructureerde en samenhangende samenwerking. Deze inzichten zullen worden meegenomen naar de Benelux Top van de premiers, die op 29 november in Rotterdam plaatsvindt. De Nederlandse Minister van Infrastructuur en Waterstaat, Mark Harbers, en het Benelux-secretariaat streven ernaar om zo de bouwstenen te leggen voor een veerkrachtige en solidaire samenwerking ten aanzien van regionale watersystemen.
Minister Harbers: “De overstromingen in 2021 staan ons allemaal nog helder voor de geest. Het veranderende klimaat maakt dat dit soort extreme buien vaker gaan voorkomen. Ik vind het enorm belangrijk dat we ons daartegen wapenen. Aangezien water niet stopt aan de grens, zijn dit soort conferenties extra belangrijk. Door met elkaar samen te werken, kunnen we onze kennis en plannen voor meer waterveiligheid samenbrengen. Goed dat we daarmee aan de slag gaan, samen met wetenschappelijk instituut Deltares.”
De conferentie bouwde voort op de workshop crisisbeheer van vorig jaar, waarbij ervaringen met eerdere overstromingen werden besproken en inzicht werd verkregen in de gevolgen van toekomstige weersfenomenen op crisisbeheer. Regionale en nationale maatregelen werden belicht, en de premiers van de Benelux-landen erkenden de noodzaak van gezamenlijke aanpak van klimaatverandering en extreem weer.
Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters: “Door de klimaatverandering worden we geconfronteerd met (extreem) zware neerslag en droogte. De weersfenomenen volgen elkaar ook zeer snel op. Afgelopen weken werd de Westhoek nog geteisterd door overstromingen. Ik ben dan ook vastberaden om Vlaanderen verder en beter te wapenen tegen het risico op overstromingen, maar evengoed ook tegen langdurige droogte. Want droogte en wateroverlast zijn de zijden van éénzelfde munt. Met zowel de Blue deal, het Sigmaplan, Weerbaar Waterland en belangrijke investeringsprojecten zoals de rivierverbredingswerken aan de Gemeenschappelijke Maas zetten we vandaag al in op waterveiligheid. Extra inspanningen zijn nodig voor onze kinderen en kleinkinderen. Internationale samenwerking is het sleutelwoord in deze globale uitdading.”
De Benelux-Waterdag markeert een belangrijke stap naar een veerkrachtiger en gezamenlijk waterbeleid. Het Benelux-secretariaat kijkt uit naar verdere samenwerking en het smeden van bruggen tussen bestaande kennis, expertise en initiatieven in de regio om het welzijn en de welvaart van burgers te waarborgen.