Wethouders Wendy van Eijk (Financiën) en Martijn van den Heuvel (Economie). Fotografie: Dion Huiberts

Krachtige citymarketing, intensieve begeleiding van een nieuwe generatie ondernemers en een compacter winkelgebied. Op meerdere fronten werken de gemeente, ondernemers en betrokken partijen aan een onderscheidende binnenstad. Dat gaat juist in deze tijd door. Zodat wanneer de beperkingen achter ons liggen, iedereen klaar is om het hart van Weert weer volop te laten kloppen.

Tekst: Wesley Hegge

Er komt weer leven in de brouwerij, want op gepaste afstand kan veel. Een heerlijk verkoelend drankje op het terras en een bezoek aan de weekmarkt. Enigszins onwennig, maar vooral dankbaar, genieten inwoners, mensen uit de regio en toeristen van de versoepeling van de coronamaatregelen. De gevolgen van de crisis zijn echter nog steeds merkbaar en de gemeente ondersteunt daarom ondernemers met maatwerk.

De versoepeling is een verademing. Zeker voor de binnenstad, waar de gevolgen van de coronacrisis het meest zichtbaar en voelbaar zijn. Met name de horeca-, retail- en cultuursector krijgen flinke klappen te verduren. Tegelijkertijd hebben veel ondernemers zich van hun beste kant laten zien. “Het is prachtig om te zien hoe inventief ze zijn”, zegt wethouder Martijn van den Heuvel (Economie). “Zeker in de eerste periode, vlak na de uitbraak. Toen ontstonden spontaan vindingrijke ideeën. Een kledingzaak waar klanten een tijdslot konden reserveren, ook bezorg- en afhaaldiensten die massaal op poten werden gezet door de horeca.”

Omdat contact zeer beperkt mogelijk was, legden de binnenstadondernemers via het internet contact met hun klanten. Van den Heuvel: “Naast alle nare gevolgen, heeft de coronacrisis ook voor een bepaald bewustzijn gezorgd. Met uitzondering van een paar nichemarkten is het enkel runnen van een winkel niet meer voldoende om het hoofd boven water te houden. Dat was voorheen al het geval, maar nu is er bij de middenstand het besef dat er echt stappen moeten worden gezet in de digitalisering.”

Volgende fase
Inzoomend op de impact in de binnenstad, stelt wethouder Wendy van Eijk (Financiën) dat de volgende fase zich aandient. “Vanaf het eerste moment hebben we generieke maatregelen genomen, zoals het uitstellen van gemeentelijke belastingen, het niet innen van belastingen bij niet-woningen en het sneller betalen van facturen. Naarmate de crisis vordert, verschuiven we van generieke maatregelen naar maatwerk.”

Zo is de horeca bijzonder hard getroffen en is daarom besloten dat de horecaondernemers dit jaar geen precariobelasting hoeven te betalen voor hun terrassen die op grond van de gemeente staan. Daarnaast mogen terrassen ruimer opgezet worden, zolang de veiligheid en bereikbaarheid niet in het geding komen. De coronaregels zijn per 1 juli verder versoepeld dan eerder was aangekondigd. Het biedt de ondernemers meer ruimte. De komende tijd wordt duidelijk welk deel van de economie zich herstelt. Van Eijk: “We begrijpen dat de zorgen nog niet weg zijn. We bieden hulp aan ondernemers die in de problemen zijn gekomen. Dat doen we door op individueel niveau, per ondernemer, te bekijken wat er mogelijk is. Maatwerk dus, net zoals voor de crisis.” Die aanpak is volgens haar het meest effectief. “We kijken ook hoe we gemeentelijke budgetten slim kunnen inzetten. Door de coronacrisis hebben we bepaalde budgetten niet of minder aangesproken. Je moet durven bij te sturen.”

Samenwerking
Verder ziet het college van B&W veel kansen in ondernemer-schap en samenwerking. Van den Heuvel: “We staan open voor ideeën. Als een groep ondernemers in de binnenstad een plan heeft, horen we dat graag. Wellicht kan de gemeente daar iets in betekenen. Samen kunnen we een succes maken van de stad.” Samenwerking komt ook terug in de Taskforce ML (Midden-Limburg) Corona, waarin het bedrijfsleven, werknemers, ondernemers en overheden elkaar vinden. Van den Heuvel: “We kijken hierin nadrukkelijk naar de tijd na corona. Hoe ondersteun je mensen die door de crisis zonder werk thuis zitten en werkgevers die in moeilijkheden verkeren?In de taskforce worden plannen met elkaar verbonden die gericht zijn op acute noodsituaties, economisch herstel, de arbeidsmarkt en bijscholing. We vergroten het effect van de inspanningen maximaal door ze veel meer met elkaar in verband te brengen.”