Retail heeft te maken met een nieuwe werkelijkheid
“Winkelen moet weer een beleving worden”, aldus Adri Gaakeer namens Centrum Weert Promotion. Om de winkelleegstand en het dalende bezoekersaantal aan de binnenstad te counteren, hebben alle belanghebbende partijen in de binnenstad een convenant gesloten: het Pact van de Binnenstad. In deze publiek-private samenwerking zitten de Vereniging van Commerciële Vastgoedeigenaren, Centrum Weert Promotion, Bewonersorganisatie Binnenstad, Koninklijke Horeca Nederland afdeling Weert, Bouwinvest (eigenaar van de Muntpassage), Centrum Management Weert en de gemeente Weert.
Het Pact maakt zich hard voor een functioneel, economisch renderend, gezellig, veilig centrum met een variëteit aan voorzieningen, waar het prettig winkelen, verblijven, werken en wonen is. Dat vergt een veranderende mindset bij alle partijen.
Adri Gaakeer, woordvoerder van CWP is mede-eigenaar van Bruna op de Markt. Hij deed veel ervaring op met herinrichtingsprocessen in Geldrop en Waalre, waar hij vijftien jaar voorzitter van de ondernemersvereniging was. “De herinrichting van een centrum vereist constant bewegen tussen ondernemers en politiek. De politiek maakt vaak andere keuzes dan ondernemers willen. Meestal omdat er kennis ontbreekt. Een gemeenteraad ziet niet altijd de noodzaak in van een sterk centrum. Maar een sterk centrum is een sterke gemeente.”
Ledenwerving
In de Weerter binnenstad hebben de winkeliers in De Munt een hoge organisatiegraad. Gaakeer vindt het ledenaantal van Centrum Weert Promotion te laag. Er wordt aan ledenwerving gedaan. “Willen we iets bereiken, dan moeten we er allemaal de schouders onder zetten. Een winkeliersvereniging is er normaal gesproken om gezamenlijke afspraken te maken over evenementen en activiteiten. Maar als een gemeente het centrum wil aanpakken, dan word je ook belangenvereniging. Daarom is het belangrijk om een hoge organisatiegraad te hebben en dat de neuzen in één richting staan.”
Beleving
De retail beweegt in een nieuwe werkelijkheid. De marktomstandigheden zijn veranderd. Stadscentra hebben last van webwinkels. Gaakeer: “Dat was vijf, zes jaar geleden nog niet zo. Winkelen moet daarom weer een beleving worden. Dat kunnen we met z’n allen voor elkaar krijgen door een betere, klantvriendelijke sfeer en sterke kern te creëren.”
Het creëren van een betere beleving houdt niet op aan de winkelvoordeur. “Ook in de winkel zelf wordt meer beleving gevraagd. Daar hebben wij veel in geïnvesteerd. Mensen verwachten wat anders dan vroeger: ze zoeken beleving, aanbod en komen iets vragen wat ze op internet niet kunnen vinden. Je krijgt daardoor een groeiende adviserende functie. Vanuit mijn eigen achtergrond: Bruna-winkels die daarop inspelen doen het goed. De laatste twee jaar hebben wij telkens 5% geplust.”
Ondernemerschap
De beoogde verandering van mindset stelt eisen aan het ondernemerschap. “De ondernemer moet meebewegen. Dat wij allemaal tot zes uur ’s avonds open zijn, mag eigenlijk helemaal geen discussie zijn. Ook de donderdag-koopavond afschaffen zou een slechte zaak zijn. Wij behalen een derde van de dagomzet van zes tot negen. Dat is heel veel. In veel plaatsen is dat vaak maar tien procent.” Volgens Gaakeer heeft dat te maken met het gegeven dat er in België geen koopavond is. Hij verbaast zich eveneens sterk over de omzet op zaterdag: 25 tot 30% van zijn weekomzet. “Dat is veel. Blijkbaar is er op de zaterdag, met de markt, veel beleving in de stad. Ook dan zijn er veel Belgische bezoekers. Dat is niet vreemd, want het ontbreekt aan de andere zijde van de grens aan grotere, gezellige winkelcentra. De komst van de spoorverbinding naar Antwerpen zou nog meer bezoekers kunnen trekken. Die moet er dus zo snel mogelijk komen.”
Pensioen
Gaakeer verbaast zich erover dat veel Weertenaren negatief denken over hun stad. “Weert beschikt in diverse sectoren nog over authentieke winkels: modezaken, kookwinkels, chocoladewinkels, noem maar op. Bovendien is er een sterke horeca. Van die combinatie moeten we toch een veel groter succes kunnen maken dan dat het nu is? We moeten erin slagen het beter te doen dan omringende winkelcentra. Mensen moeten graag naar Weert willen komen.”
In Weert kun je volgens de Bruna-ondernemer ook nog eens gemakkelijk en goedkoop parkeren met achteraf betalen. “Ga eens op zaterdagmiddag naar Eindhoven… Daar word je niet vrolijk van. En dat tegen vier euro per uur.”
Knelpunt waar de Weerter binnenstad mee kampt is dat veel zelfstandige ondernemers, die vaak al lang in het vak zitten, een eigen pand hebben dat hun pensioenvoorziening is. Op leegstand was niet gerekend. Maar bijvoorbeeld het pand naast zijn winkel aan de Markt staat al een half jaar leeg. “Als je nou zorgt voor een volle, aantrekkelijke kern in de binnenstad, dan komen er meer mensen en ga je vanzelf weer groeien. Dan wordt de cirkel weer groter.”
Verplaatsen
In Waalre werd Gaakeer gevraagd te verplaatsen en zich in het nieuwe centrum te vestigen. Hij kreeg 25 duizend gulden aan verplaatsingskosten mee. “Het leuke was dat mijn omzet door de betere locatie in drie jaar verdubbelde. De kosten waren ook hoger, maar ik was op die nieuwe plek wel klaar voor de toekomst.” Hij ziet ook voor Weert brood in verplaatsingen. “Ondernemers uit aanloopstraten zouden zich tegen vergelijkbare huurprijzen op een betere locatie moeten kunnen vestigen. Bij pandeigenaren moet het kwartje gaan vallen: willen ze komende jaren niets verdienen of de bestemming van hun pand veranderen in wonen? Alle pandeigenaren moeten zich realiseren dat hun pand een andere bestemming kan krijgen. In de jaren zestig, zeventig was het ieders droom om een boerderijtje op het platteland te hebben, maar de komende jaren wordt de trek naar de binnenstad alleen maar groter. Laten we minder in bedreigingen en meer in kansen denken. Anders hobbelen we achteruit.”