Het is de afgelopen tijd om de haverklap in het nieuws: de rente gaat omhoog. Wie de rentestand een beetje in de gaten houdt, ziet inderdaad dat zo ongeveer alle rentetarieven stijgen. Alleen de spaarrekening levert nog steeds niet meer op – hoe zit dat?
Rente klinkt als één gegeven. De definitie: vergoeding voor ter beschikking gesteld geld. Wie geld leent moet rente betalen, wie geld uitleent krijgt rente. Dat is de basis die onze kinderen op school leren.
Allerlei rentebegrippen
In de grote-mensen-wereld is het iets ingewikkelder en zijn er allerlei verschillende rentebegrippen. Hypotheekrente, spaarrente, leenrente, kapitaalmarktrente, geldmarktrente, variabele rente, vaste rente, negatieve rente, obligatierente, nominale rente, reële rente, effectieve rente, debetrente, creditrente, enzovoort.
Verschil tussen kapitaalmarkt en geldmarkt
Om te bevatten waarom de spaarrente (nog) niet stijgt terwijl de hypotheekrente hard omhoog gaat, is het van belang om het verschil tussen kapitaalmarktrente en geldmarktrente te begrijpen. Het gaat daarbij om de termijn; de periode waarvoor afspraken gemaakt worden over de vergoeding voor het ter beschikking gestelde geld.
Rente lang vast of variabel
Op de kapitaalmarkt draait het om de lange termijn, op de geldmarkt om de kortere termijn. Het gaat hier om het verschil tussen rente die een x-aantal jaren vaststaat en de variabele rente die ieder moment kan wijzigen.
Kapitaalmarktrente en hypotheekrente
De kapitaalmarktrente is in de afgelopen tijd heel sterk gestegen. De hypotheekrente die voor langere tijd vaststaat gaat hierin mee: de hypotheekrente die 10 jaar vaststaat is in korte tijd verdubbeld!
Geldmarktrente
De geldmarktrente, daar gebeurt echter nog niet zoveel. Dat heeft vooral te maken met het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB). Daar is de rente de laatste jaren laag gehouden om de economie te stimuleren. Geld oppotten levert nagenoeg niets op of kost zelfs geld, terwijl geld lenen heel voordelig is.
Banken die geld willen stallen bij de ECB moeten daarvoor al jaren letterlijk betalen: hier geldt een negatieve rente. Het gevolg is dat de kortste rente – de 1 weeks Euribor – niet van de plaats komt en ruim onder nul blijft staan. De geldmarktrentes voor zes maanden en twaalf maanden vast, zijn sinds februari wel duidelijk aan het stijgen.
Spaarrente
De rente op een spaarrekening is variabel en daarmee sterk verbonden met dat Europees bepaalde renteniveau en de kortste Euribor rente. Zolang banken moeten betalen om overtollig geld weg te zetten zullen ze niet bereid zijn om de consument een serieuze rente te vergoeden op hun spaargeld.
Depositorente
Bij de depositorentes is wel al een voorzichtige beweging te zien: daarbij gaat het immers om het vastzetten van spaargeld voor een langere periode.
Inflatie kan zorgen voor ommekeer
De torenhoge inflatie van dit moment zou kunnen zorgen voor een ommekeer in het beleid van de ECB. Tot voor kort ging de centrale bank van Europa er nog vanuit dat de inflatie tijdelijk zou zijn. Een aanpassing van de rente was daarom niet de verwachting. Inmiddels lijkt het erop dat de ECB van koers verandert en in de loop van het jaar toch de rente gaat verhogen.
Waarschijnlijk zal er pas dan beweging komen in de rente op spaarrekeningen. In de tussentijd levert de spaarder veel geld in: de spaarrente is nagenoeg nul terwijl het spaargeld door de inflatie in een rap tempo minder waard wordt.
Kijk voor meer informatie op: https://www.actuelerentestanden.nl/