In meer dan de helft van de recente cao’s zijn vroegpensioenregelingen afgesproken. Daardoor kunnen mensen drie jaar voor hun AOW-verjaardag stoppen met werken.
De afspraken in de cao’s gelden vaak voor alle medewerkers, dus niet alleen voor mensen met zwaar werk. Dit kan de trend keren dat ouderen steeds later stoppen met werken. De terugkeer van het vroegpensioen wordt gesignaleerd door zowel de vakbeweging FNV als door de Awvn, die werkgevers adviseert bij het cao-overleg.
Sinds 1 januari kunnen werkgevers hun werknemers de laatste drie jaar voor hun AOW-verjaardag met een fiscaal gunstige uitkering naar huis sturen. Die uitkering mag bruto maximaal 22.164 euro per jaar zijn; de hoogte van de AOW voor samenwonenden. Als meer wordt betaald, wordt daarover 52 procent belasting geheven.
De vroegpensionado kan de uitkering aanvullen uit spaargeld of door zijn aanvullend pensioen eerder te laten ingaan. De regeling geldt tot 1 januari 2026. De FNV wil dat de regeling daarna wordt verlengd, omdat het mensen met zware beroepen de mogelijkheid geeft eerder te stoppen. De AOW-leeftijd is nu 66 jaar en 4 maanden en komt in 2024 uit op 67 jaar.
De nieuwe regeling voor vervroegde uittreding is vorig jaar afgesproken in het akkoord over de vernieuwing van het pensioenstelsel en is per 1 januari wet geworden. Het doel was om vooral oudere werknemers met fysiek zwaar werk de kans te geven eerder te stoppen. De afspraak blijkt nu veel breder te worden opgevat.
Minister Koolmees van Sociale Zaken verwachtte dat de komende jaren jaarlijks tienduizend ouderen met vroegpensioen zouden gaan. Door het aantal en de reikwijdte van de cao-afspraken kan dat aantal veel hoger worden. Zo meldt de Volkskrant.