Station Hamont | Foto Bart Maes

De Belgische CD&V-Kamerleden Jef Van den Bergh en Steven Matheï dringen in een resolutie aan op de realisatie van een grensoverschrijdende treinverbinding tussen Hamont en Weert. De doortrekking van spoorlijn 19 Mol-Hamont naar het Nederlandse Weert versterkt volgens hen de economische integratie tussen de Antwerpse en Limburgse kernen en de Zuid-Nederlandse provincies Limburg en Noord-Brabant.

De realisatie van de verbinding Hamont-Weert zou voor Vlaanderen de tweede internationale grensovergang betekenen. De meest recente haalbaarheidsstudie, opgesteld door de Vereniging Treinreizigers Vervoer (vTv), stelt dat er een potentieel is van 800-1 000 reizigers per dag op het traject Hamont – Weert.

Na de opening van het station Hamont in 2014, begon in 2019 de electrificatie van spoorlijn 19 tussen Mol en Hamont. De CD&V-resolutie vraagt nu de regering zijn steun uit te spreken voor het realiseren van de spoorverbinding van Hamont met Weert, in afwachting van het haalbaarheidsonderzoek van de NMBS. Daarnaast vragen de CD&V’ers middelen vrij te maken voor investeringen in deze verbinding.

Ook in Nederland werden al stappen ondernomen. Het regeerakkoord van de uittredende regering Rutten III uit 2017 bevatte al de reactivatie van de spoorlijn Hamont-Weert. De kosten worden daar geschat tussen de 50 en 150 miljoen euro. Ook het provinciebestuur van Nederlands-Limburg en de gemeente Weert staan achter het project en hebben al aangegeven samen zo’n 6 miljoen euro te willen bijdragen, op basis van afspraken met Vlaanderen.

Steven Matheï: “Er zijn dagelijks kilometers files tussen de regio van Weert, de Kempen en Eindhoven. Het doortrekken van lijn 19 naar Weert zal een positieve impact hebben op het verkeer. Ook biedt het mooie opportuniteiten voor de economie van de Limburgse en Antwerpse Kempen. Bovendien ontstaat zo ook een treinverbinding tussen Antwerpen en Eindhoven, twee van de belangrijkste economische hotspots in de Lage Landen.”

Jef Van den Bergh: “Met deze resolutie willen we verder inzetten op grensoverschrijdend treinverkeer. In tegenstelling tot fietsers en automobilisten botsen treinreizigers nog altijd op landsgrenzen, terwijl heel wat van onze ondernemingen en kenniscentra banden hebben met economische hotspots in Nederland, zoals Eindhoven. Dit is een nieuwe stap naar een moderne mobiliteit.”