Of Weert weer een winkelstad van allure kan worden? Jazeker! Middenstanders en vastgoedondernemers moeten daarvoor hun krachten nóg meer bundelen dan nu al het geval is en de stad samen ‘smoel geven’. Dat vraagt om eenduidige keuzes en een sterke en trotse profilering in alle uitingen en evenementen. Een duidelijk gezicht met een herkenbare sfeer en beleving voor de consument.
Deze indringende oproep aan ondernemers komt van Hans de Kinderen, directeur Bedrijven van Rabobank Weerterland en Cranendonck. Het is vijf voor twaalf, zegt hij. ‘Als de samenwerking niet verder wordt uitgebouw en versneld, zal winkelstad Weert langzaam afglijden naar een boodschappenstad. Een stad waar je alleen nog functioneel winkelt voor je dagelijkse benodigdheden, maar niet meer voor de gezelligheid en sfeer.”
‘Het succes van winkelstad Weert valt of staat met een goede samenwerking.’
Werk aan de winkel
Directe aanleiding voor zijn bezorgdheid zijn de uitkomsten van de Koopstromenmonitor, het onderzoek waarmee de Rabobank het MKB in Weert inzicht wil geven in hoe de lokale detailhandel er voorstaat. De conclusie: er liggen mooie kansen voor het midden- en kleinbedrijf. Maar er is letterlijk en figuurlijk ook een heleboel werk aan de winkel om deze te verzilveren. De detailhandel heeft het vaak moeilijk, zeker in deze regio die bovengemiddeld snel vergrijst. Daarbij doen consumenten ook hier steeds meer aankopen via internet. De gevolgen worden in het koopstromenonderzoek duidelijk zichtbaar. Die cijfers bevatten een analyse over de periode 2014-2016, maar de conclusies zijn zeker ook vandaag de dag van toepassing. Een op de acht winkelpanden in Weert staat leeg. Het winkeloppervlak is te groot en staat niet in verhouding tot de omzet. De detailhandel en horeca zijn overwegend lokaal georiënteerd. “Dat is een kracht en tegelijkertijd ook een valkuil”, zegt Hans de Kinderen. “De bezoekers vanuit België niet meegerekend, trekt Weert nauwelijks koopkracht uit de verdere Midden-Limburgse en Brabantse regio. Daarbij zijn er meerdere, kleinere winkelcentra verspreid over de wijken, hetgeen het beeld voor de consument buiten de stad vertroebelt. Winkelstad Weert mist naar buiten toe een duidelijke identiteit, hetgeen door diverse onderzoeken wordt bevestigd.”
Om de neerwaartse spiraal te doorbreken, is het volgens de directeur Bedrijven noodzakelijk dat MKB en vastgoedondernemers intensiever gaan samenwerken en zich naar buiten toe krachtig profileren. “Niet blijven hangen in wat er niet goed gaat, maar elkaar iets gunnen, samen zaken organiseren en kijken naar het grote geheel. Hoewel er de laatste jaren stappen zijn gezet in deze richting, is er nog steeds sprake van versnippering. De consument, ook buiten Weert, moet gaan voelen dat er eenheid is in de stad.”
Weert ‘smoel geven’
Intensieve samenwerking én scherpe keuzes zijn nodig om Weert een herkenbaar gezicht te geven. “Een duidelijke smoel”, zoals Hans de Kinderen dat noemt. “Waarom zou de consument Weert moeten bezoeken? Die centrale vraag moet nu beantwoord worden.” Hij geeft zelf al een bescheiden voorzet. “Weert staat voor historie en ademt intimiteit. Daarnaast hebben we de lokale detailhandel, bestaande uit bijna 500 winkels en 200 horecagelegenheden. De kunst is om die drie elementen met elkaar te verbinden en te verankeren in een merk dat mensen ook buiten onze stad aanspreekt en prikkelt om bij ons te komen winkelen. We hoeven niet op te boksen tegen bijvoorbeeld Roermond; we moeten op zoek naar onze eigen signatuur en die met trots uitdragen.”
Eenvoudig is deze opgave niet, zo beseft hij maar al te goed. De weg naar een aantrekkelijke en levendige winkelstad voert in zijn ogen langs vier ‘B’s’: behoefte, bewijs, belofte en beleving. “Eerst is het zaak om de behoefte van de consument scherp te hebben en te vertalen naar een belofte. Door hiervoor het bewijs te leveren, kun je deze belofte voor de klant ook waarmaken en ontstaat er beleving. Dan heb je de reden waarom ook de consument van buiten de stad hier in Weert zijn aankopen zou moeten doen. Door samen het verschil te maken, kun je relevant zijn, meer en nieuwe klanten aantrekken en hogere bestedingen afdwingen.”
‘Niet blijven hangen in wat er niet goed gaat, maar elkaar iets gunnen, samen zaken organiseren en kijken naar het grote geheel.’
Elkaar versterken
Zoals gezegd: het succes valt of staat met een goede samenwerking. Alleen door gezamenlijk de uitdagingen voor de toekomst aan te gaan, zetten we Weert als winkelstad weer serieus op de kaart, stelt Hans de Kinderen. Ondernemers kunnen elkaar op vele terreinen versterken. Bijvoorbeeld: hoe stemmen we de openingstijden op elkaar af? Hoe spelen we in op het gegeven dat 70% van de consumentenbestedingen in het weekend plaatsvindt? Welke aansprekende events kunnen we samen in plaats van afzonderlijk organiseren? Hoe combineer ik mijn fysieke winkel met een webshop? Hoe kunnen we ons goed profileren op social media? “Er liggen zoveel mooie kansen. Het centrummanagement vervult daarin een faciliterende rol maar de ondernemers zijn aan zet. Alleen ga je misschien sneller maar samen kom je verder.”
Rabobank Weerterland en Cranendonck wil en kan faciliteren bij deze belangrijke en noodzakelijke missie. Met kennis, netwerken en nieuwe inzichten. “Naast een bank zijn we immers ook een kennis- en netwerkbedrijf. Het koopstromenonderzoek is hier een mooi voorbeeld van. De data en conclusies van dit onderzoek gebruiken we om onze lokale klanten nog beter te kunnen bedienen en adviseren. Samen voor een vitale en bloeiende winkelstad. Dat is niet alleen goed voor de ondernemers, uiteindelijk plukt iedereen daar de vruchten van.”