Het gemeentehuis van Leudal. Foto: Google Maps

LEUDAL/MAASTRICHT – Tussen januari en juli 2021 heeft de Provincie in de gemeente Leudal het verdiepingsonderzoek uitgevoerd. Leidend in het onderzoek was de begroting 2021-2024. Op basis van de begroting 2021-2024 is de provincie tot de conclusie gekomen dat er geen verandering in het toezicht nodig is voor de gemeente Leudal.

Voor de gemeente Leudal betekent dit dat geen andere werkwijze ten aanzien van besluiten met financiële gevolgen nodig is. Wel heeft de provincie hier een kanttekening bij geplaatst, namelijk dat de huidige taakstellingen worden ingevuld om het structureel en reëel evenwicht van de begroting te bewaren. Wethouder Verlinden: “Dit betekent dat we ons als gemeente steeds moeten afvragen of en zo ja, hoe wij op ontwikkelingen reageren en wat deze ontwikkelingen financieel voor onze gemeente betekenen.”

Ontwikkelingen
Het onderzoek is gebaseerd op de begroting 2021-2024. Stukken die in juli in de raad zijn behandeld zijn hierin niet meegenomen. Denk hierbij aan de jaarstukken 2020 en de kadernota 2022-2025. Ook de nieuwe afspraken rondom de extra middelen jeugdzorg in de algemene uitkering zijn geen onderdeel van het onderzoek. Wethouder Verlinden: “De informatie die we nu tot onze beschikking hebben, zorgt voor een ander beeld dan bij de begroting 2021-2024. De aanpassing van de berekening van het weerstandvermogen conform advies van de provincie, zorgt voor een verbeterd weerstandsvermogen. Daarnaast hebben de extra middelen jeugd en de herijking gemeentefonds een positief effect op het begrotingssaldo. Belangrijke kanttekening daarbij blijft dat we de huidige taakstellingen ook waarmaken.”

Slagen maken
Wethouder Verlinden: “Uit de analyse tussen het huidige en het vorige verdiepingsonderzoek blijkt dat we veel stappen hebben gezet ten opzichte van het vorige onderzoek en onze documenten en financiële werkwijze hebben verbeterd. Daarbij dient ook vermeld te worden dat we op onderdelen nog verbeterslagen kunnen maken en we dit ook blijven doen. Het belangrijkste om mee te nemen is de nog steeds onzekere financiële positie van de gemeente. De afgelopen jaren hebben we veel werk gestoken in het reëel ramen van de uitgaven, het opnemen van afschrijvingslasten (groen en wegen) en onderhoudsbudgetten in de exploitatie en het oplossen van dekkingstekorten in reserves. Dit maakt mede dat de begroting onder druk is komen te staan en we structureel nog steeds strak aan de wind moeten zeilen. We hebben hiermee gezorgd dat de grip op de financiën is verbeterd, waarbij we oog moeten houden voor de haalbaarheid van de taakstellingen. Dankzij het verdiepingsonderzoek kunnen we opnieuw slagen maken, waarbij we nog beter kunnen gaan voldoen aan de gestelde voorwaarden.”

De provincie onderzoekt vanaf 2006 de financiën van elke Limburgse gemeente een keer in de vier jaar met een verdiepingsonderzoek (VDO). Op basis van het onderzoeksrapport besluiten Gedeputeerde Staten (GS) of de gemeente voor de volgende vier jaar onder verscherpt toezicht komen te staan.