De gemeente Weert en Houthandel Scheijmans hebben een historische intentieverklaring ondertekend. Samen gaan ze onderzoeken of een verplaatsing van het familiebedrijf uit het stadshart mogelijk is. De houthandel kan zo doorgroeien op een nieuwe locatie en de vrijgekomen grond en grachten worden publieke ruimte.
Door Wesley Hegge
“Natuurlijk spelen er emoties mee. Dat maakt het ook moeilijk. De ziel en zaligheid van iedereen binnen de familie ligt toch op deze plek”, zegt Marc Scheijmans, directeur van de gelijknamige houthandel. De keuze voor een onderzoek naar een verhuizing van het familiebedrijf was zeker niet gemakkelijk. Samen met zijn broer Thijs en zussen Lilian en Annette groeide hij op in het aangrenzende kasteel aan de Biest. Als derde generatie geven Marc en Thijs leiding aan de florerende houthandel. Het zijn de vooral bedrijfsmatige voordelen die hebben bijgedragen aan de bereidheid om te verhuizen. Op de huidige locatie zijn geen uitbreidingsmogelijkheden.
Haalbaarheidsonderzoek
De gemeente Weert en Houthandel Scheijmans hebben hun intentie voor een verplaatsing van de houthandel naar bedrijventerrein Kampershoek in Weert vastgelegd. De gemeente wil de grond en de omliggende grachten kopen en deze bij het stadspark betrekken zodat iedereen ervan kan genieten. Wethouder Frans van Eersel: “Daarmee gaat een lang gekoesterde wens voor de gemeente en inwoners van Weert in vervulling. De plaats van de houthandel was historisch gezien onbebouwd. De kasteelpoort uit 1455 biedt toegang tot het huidige terrein. De cultuurhistorische betekenis van deze plek bepaalt mede de identiteit van Weert.”
Het zetten van de handtekeningen onder de intentieverklaring mag dan ook gerust een historisch moment genoemd worden. De plaats waar de houthandel is gevestigd, Biest 1-3, ligt binnen de grachten waar het vroegere Kasteel de Nijenborgh heeft gelegen. Bij de kasteelruïne is een herenhuis gebouwd, waar de moeder van Marc en Thijs nog altijd woont. Dit kasteel aan de Biest, zoals dit in de volksmond heet, blijft voorlopig eigendom van de familie. Van Eersel licht toe: “We hebben gekozen voor twee fases. Eerst de bedrijfsverplaatsing. Daarna willen we samen met de familie in overleg over wat de toekomstige bestemming van het kasteel zou kunnen gaan worden.”
Nieuwe toekomst gloort
Het naastgelegen stadspark wordt uitgebreid op de locatie van de houthandel. Het park is nu 1,3 hectare groot. Daar komt 0,8 hectare bij. Het moet een plek worden waar inwoners en toeristen kunnen genieten van de historie en de groene omgeving. Op de artist impression is de toekomstige invulling te zien. In de kadernota is 900.000 euro gereserveerd voor de herinrichting van het stadspark.
Marc en Thijs vinden het mooi dat ze kunnen meewerken aan de nieuwe bestemming. Het komt bovendien op een bijzonder moment. Volgend jaar bestaat de onderneming precies een eeuw. Daar komt nog een bijzonderheid bij. De gemeente Weert heeft 2018 uitgeroepen tot Van Hornejaar. Een onderdeel hiervan zou het realiseren van een standbeeld van Filips van Montmorency, graaf van Horne en heer van Weert kunnen zijn. Wellicht een idee om dat standbeeld in het stadspark te plaatsen?
Hoewel nog niets vastligt, zijn er al verschillende ideeën. Zo wil wethouder Van Eersel graag het kasteel, de Oelemarkt en het stadspark met elkaar verbinden. Dat zou passen in de visie op het stadshart van de gemeente. Daarin is het kasteel, net als de Martinuskerk, gemeentemuseum Jacob van Horne en de Aldenborgh (paterskerk en klooster) onderdeel van de historische Golden Mile van Weert. De uitkomst van het onderzoek naar de bedrijfsverplaatsing is uiterlijk 1 oktober bekend. Daarna krijgt de gemeenteraad een voorstel.
